Van graaien naar delen

    0
    241

    Deze blog van Ronald van den Hoff verscheen eerder al op www.nieuwsboeken.nl

     

    Graaiende bankiers kennen we nu wel, alhoewel sommigen zelfs al de ‘moed’ kunnen opbrengen hun bonus in te leveren. Burgemeesters, commissarissen der Koning en andere overheidsdienaren graaien ook lekker mee. Graaien is niet alleen een Nederlands verschijnsel. Europarlementariërs en Spaanse regeringsleiders weten ook waar de mosterd te halen is. En nu zal ik nog wel een aantal mensen van onze bestuurlijke en politieke elite tekortdoen. Het vlees is zwak.
    Nog dieper wordt de ellende als die graaiende mensen monopolistische instituten neerzetten waarin die graaicultuur tot een soort mismanagementkunst is verheven. Als hierdoor projecten op kosten van de samenleving gierend uit de klauw lopen, van een Fyra tot een Blauwstad in Groningen, van het defensieproject Speer tot het opzetten van zoiets simpels als een Handelsregister. Dit is ook niet alleen een Nederlands verschijnsel: een kantoor van de ECB in Frankfurt neerzetten kost als gevolg van een begrotingsoverschrijding van ruim veertig procent maar liefst meer dan een miljard euro. Een schijntje overigens vergeleken bij de luchthaven in Berlijn, die ondanks een gespendeerd budget van vijf miljard euro vijf jaar na de geplande openingsdatum nog niet open is.

    Japanse buiging

    Wanneer deze geïnstitutionaliseerde graaicultuur dan ook nog tot een schouderophalende reactie of een ontkenning (“wij herkennen ons niet in deze aantijging”) leidt, of wanneer er geen sancties volgen anders dan een slap publiek excuus zonder zelfs een Japanse buiging van alle betrokkenen, dan ontstaat er in onze samenleving een geautomatiseerde graaicultuur op microniveau.
    Een ‘10 km te hard rijden’-beschikking van het CJIB van zes tientjes loopt in no time automatisch op tot een bedrag van meer dan tweehonderd euro, voordat de deurwaarder komt en diezelfde zes tientjes richting bijna duizend euro gaan. Allemaal zonder een rechterlijke tussenkomst. Een onverschillig, mechanistisch, af en toe bijna onmenselijk proces waarin het geld leidend is geworden en niet het beoogde effect van de ‘boetedoening’.

    Monopolisme maakt onverschillig en lui. Openbaar vervoer, taxisystemen, (zorg)verzekeraars, makelaars, woningcorporaties, auteursrechtenorganisaties, omroepen, kantoorverhuurders en onderwijsinstituten leunen achterover. Geld op? Budget in gevaar? Prijs en tarieven omhoog! Nog grotere gebouwen. Geld met geld maken, want werken is immers voor het volk. Derivaten voor de financiële experts van onze universiteiten. Coco’s voor de banken zelf (Coco’s: Perpetual Additional Tier 1 Contingent Convertible Capital Securities zijn een nieuw financieel product van bankiers). De geldstroom is verslavend.
    De burger zelf neemt dat gedrag over. Tienduizenden mensen gebruiken de zorgtoeslag niet waarvoor deze bedoeld is. Of mensen worden bewust of onbewust onverschillig door het woud aan regels, formulieren en websites. “Met het PGB wordt massaal gefraudeerd”, beweren onze mechanische-overheidsdienaren dan. En ze zetten er nog meer controleurs op.

    Internet-of-things

    De bestuurlijke en politieke elite van ons land is losgeraakt van de realiteit en zet zichzelf daarmee buitenspel, terwijl ze nog wel macht en geld heeft om zich staande te houden. Een van de ontwikkelingen die de politieke en bestuurlijke elite daarbij in de kaart kunnen gaan spelen, is het Internet-of-things. Dit betekent, kort gezegd, dat onze omgeving intelligenter wordt dan wijzelf. De komende jaren worden dertig tot vijftig miljard ‘apparaten’ met elkaar verbonden, van zelfrijdende auto’s tot boodschappen bestellende koelkasten, van een intelligent wegdek tot apps die onze gezondheid monitoren.
    Prima en leuk, totdat mijn verzekeraar – van die mooie gezondheidsmonitor-app in dat coole, gratis polshorloge – na drie waarschuwingen om mijn slaapgedrag aan te passen automatisch de premie verhoogt. Hetgeen volgens de twintig keer aangepaste kleine lettertjes echt mag. Of totdat mijn Google Car weigert van route te veranderen als ik deze daar impulsief om vraag, met als reden dat ik die route niet ‘op tijd heb aangevraagd’.

    Maar wat denkt u van die weg waarop ik rijd, die weet wie ik ben, die weet waar naartoe ik onderweg ben en hoe laat ik op een volgende bestemming moet zijn? En dat gebouw op die bestemming? Die direct controleert of ik daar Pietje wel ontmoet en Marietje niet. Of andersom.
    Maar wie weet dat dan nog meer? Mijn werkgever? Mijn overheid? Mijn Nederlandse overheid, die per hoofd van de bevolking de meeste telefoontaps ter wereld toepast en daarmee aangeeft hoezeer ze haar burgers vertrouwt. Diezelfde overheid die groot afnemer is van drones met gezichtsherkenning en camera’s op lantaarnpalen.
    ‘Graaien in data’ wordt de nieuwe nationale sport als we niet oppassen. Daarmee ondermijnen we onze democratie. De burger is er om de overheid te controleren en niet andersom!

    Badkamercontrole

    Mensen zeggen vaak: ik heb niets te verbergen. Dat zal wel, maar het is een kortzichtige gedachte. Uw slimme (gratis!) thermostaat berekent nu al uit hoeveel mensen uw huishouden bestaat. Dat kan maar beter kloppen met de data van uw gemeentelijke administratie, anders volgt geheid een onaangekondigd ‘huisbezoek met badkamercontrole’. Een ‘like’ op Facebook bij de Amsterdamse Gay Parade is kiezen voor de zekerheid om over drie jaar uit de rij te worden gepikt voor een echt niet vriendelijk verlopend oponthoud bij aankomst op Poetin’s luchthaven in Moskou of op Kenneth Kaunda International Airport in Zambia.
    Doet het publiek dan helemaal niets? Zeker wel. De burger gaat met behulp van diezelfde nieuwe technologie gewoon om de gevestigde orde heen en negeert deze. De gevestigde orde pikt dat niet en probeert deze (burgerlijke) innovatie terug te stoppen in de oude wettelijke kaders. Omdat de geest uit de fles is en deze stroom van innovatie niet meer te stoppen is, gaat dat terugstoppen zeer selectief.
    Automobilisten werken samen met het Amerikaanse Uber om een nieuw (personen)vervoersysteem op te zetten. De gevestigde orde roept dan ‘illegale taxi’s’, en gaat het gevecht aan, waarbij Uber gewoon voor de deelnemers de daarbij opgelegde boetes voldoet. Deze club heeft geld zat en betaalt de gevestigde orde letterlijk met gelijke munt terug. Airbnb, bedden huren bij particulieren, wordt door menig bestuurder wel sympathiek gevonden. Sympathieker in ieder geval dan bestaande professionele kamerverhuurders, die vaak de wettelijke grenzen opzoekend profiteren van de door diezelfde bestuurlijk en politiek gecreëerde schaarste aan sociale woonruimte.
    De gevestigde orde hoteliers beschouwt initiatieven als Airbnb, CouchSurfing en Wimdu nog altijd als een activiteit ‘aan de onderkant van de markt’ en slapen rustig door in hun eigen, toekomstig lege bedden. Dit soort internetplatformen bieden al dagelijks globaal meer dan tien miljoen bedden aan zonder dat ze eigenaar zijn van nog iets wat op een hotel lijkt.

    Maaltijden kopen

    Bij Thuisafgehaald kun je bij thuiskoks in ons land maaltijden kopen, inmiddels op meer dan tienduizend locaties. Ik heb hier nog niemand horen roepen ‘illegale retail of catering’. Mywheels en Snappcar bemiddelen bij het ‘autohuren bij de buren’. En bij Peerby leen je een boormachine, tent of clownspak van je stadsgenoten. Dat is optimaal gebruikmaken van de aanwezige overvloed aan spullen, waarbij Achmea deze ‘leentransacties’ al verzekert.
    Bezoekers aan de stadswijk die hier via het eerder genoemde, hotelachtige platform gaan komen, gaan deze diensten ook gebruiken. Daarmee zal de wijk dus barsten van netwerkcirkelachtige, mini-economische activiteiten, die de wijk niet alleen ‘groener’ maken, maar ook zorgen voor een ongekende economische waardecreatie. Dat gaat niet alleen over geld. Het sociale kapitaal en de wederkerigheid vormen een onlosmakelijk deel van deze deeleconomie.
    Ook ‘waar en met wie we werken’ is stevig aan het veranderen. Ons initiatief Seats2meet.com is een netwerkplatform waarbij de overvloed aan werkruimte in stadhuizen, bibliotheken, ziekenhuizen en cowork-centra zichtbaar wordt gemaakt. Ook commerciële organisaties als verzekeraars en accountants doen al mee.
    Binnenkort kunnen particulieren ook aanhaken met de werkplek thuis.

    Delen

    We zijn daarmee terechtgekomen in onze eigen ‘revolutie’, een overgangsfase in de tijd van de oude, geïndustrialiseerde samenleving naar iets nieuws, een samenleving die ik graag Society 3.0 noem. Het is een taak en verantwoordelijkheid van ons als burger, met of zonder onze bestuurlijke en politieke elite, om ervoor te zorgen dat het graaien naar geld niet ontaardt in het graaien naar data.
    Data behoren tot onze dienst te staan en niet iets te zijn waarvoor we een enorme prijs moeten betalen. Dat kunnen we alleen nog voorkomen wanneer we ons eigen graaien omzetten in delen. Delen van spullen, data en kennis. Dan ontstaat ruimte voor de nieuwe vorm van sociaal-economische waardecreatie van Society 3.0: de Interdependente Economie met begrippen als Solidariteit, Duurzaamheid en Wederkerigheid als kernwaarden.
    Aan het werk, pardon, aan het delen dus, zou ik zeggen.