Toekomsten: meervoud én werkwoord

0
3

We zijn geneigd om te denken in het enkelvoud: ‘de’ toekomst. Maar dat is misleidend want in zekere zin is de toekomst wezenlijk anders dan ‘het’ heden of ‘het’ verleden. Die zijn er namelijk al. En afgezien van ideeën over een multiversum, waar er eindeloze tijdlijnen naast elkaar bestaan en jij in een ander universum nu niet dit artikel zit te lezen maar toch nog even die e-mail afmaakt, zijn er daar allebei maar één van. Maar ‘de’ toekomst bestaat nog niet, en dat is bevrijdend want dat betekent dat veel mogelijkheden nog open liggen. Daarom heet het vakgebied dat zich professioneel met de toekomst bezig houdt dan ook ‘futures studies’, in het meervoud: het bestuderen van mogelijke toekomsten – de ene mogelijkheid weliswaar wat waarschijnlijker dan de andere.

‘Futures studies’ vraagt grofweg drie dingen af: 1.) wat zijn de grenzen aan mogelijke toekomsten die zouden kunnen ontstaan? 2.) welke toekomsten zijn meer waarschijnlijk dan andere en waarom? en 3.) wat voor toekomsten vinden we wenselijk en hoe kunnen wij zelf dit proces beïnvloeden? Hoe professionele toekomstvoorspellers dit doen, en hoe ik dit zelf toepas, hoop ik in dit artikel een beetje duidelijker te maken.

Het vlindereffect

Toekomstvoorspellen zou je heel mechanisch kunnen opvatten, zoals het het weer: een week van tevoren is nog redelijk te doen, maar hoe verder weg, hoe minder nauwkeurig het wordt. Soms kunnen miniem kleine verschillen op de lange termijn een grote impact hebben. Dat noemen we het vlindereffect, een term die meeste mensen zullen kennen van de (onjuiste) anekdote uit Jurassic Park dat een vlinder in Brazilië een storm in Californië zou kunnen veroorzaken. Het weer kan invloed hebben op de uitkomst van een veldslag, of op hoeveel mensen komen opdagen bij een demonstratie, die uiteindelijk tot een revolutie zal leiden.

Het roept de vraag op in wat voor wereld we hadden geleefd als de geschiedenis anders was gelopen. Wat als Duitsland de Tweede Wereldoorlog had gewonnen? Of als er in de Koude Oorlog wel een kernbom was gevallen? Aan het eind van de 19e eeuw waren er al elektrische auto’s, maar door de dominantie van de opkomende olie industrie zijn die zo goed als vergeten. In de jaren ’70 was het nog helemaal niet zo’n uitgemaakte zaak dat iedereen ooit een eigen computer zou hebben, totdat Bill Gates de massa daarvan wist te overtuigen. Apple zou later hetzelfde doen voor de smartphone, en nu probeert Mark Zuckerberg het met ‘de metaverse’.

Subtieler nog ligt het op het gebied van ideologie en waarden, overtuigingen over hoe het leven eruit zou moeten zien en hoe we met elkaar zouden moeten omgaan. Wat is onze relatie met de aarde en het leven daarop? Hoe verdelen we onze welvaart? Hoe geven we politieke instituties vorm? Hoe kijken we aan tegen religie, traditie, gender, etnische en seksuele diversiteit, of tegen familiestructuren en relaties? Verschillende visies hierop kunnen eveneens (metaforisch, en af en toe zelfs letterlijk) met elkaar in oorlog zijn, en zijn in veel gevallen nog geen uitgemaakte zaak.

Ook al kan een vlinder in Brazilië geen storm in Californië veroorzaken, de grafiek van de voorspelde locatie van twee bewegende objecten, bijvoorbeeld boeien in het water of ballonnen in de lucht, die bij de eerste meting niet van elkaar te onderscheiden zijn maar naar verloop van tijd steeds verder uit elkaar gaan drijven, lijkt op een vlinder.
De nieuwe Netflix serie ‘The Last of Us’ speelt zich af in een alternatieve tijdlijn waarin er in 2003 een zombie-apocalyps-pandemie uitbreekt, veroorzaakt door een schimmelinfectie (die theoretisch zou kunnen bestaan, hoewel zeer onwaarschijnlijk), die de menselijke beschaving zo goed als volledig wegvaagt

De zaklamp

Een van de manieren om deze dingen in kaart te brengen is de toekomstzaklamp, een inmiddels klassieke methode in het veld van de futures studies. Denk je een zaklamp in waarmee je in het donker door een bos loopt. De zaklamp werpt een lichtbundel voor je uit, helder en scherp in het midden, maar steeds vager aan de randen. Op dezelfde manier kijken we met ons voorstellingsvermogen in de toekomst. De lichtbron is het heden en we bewegen in een richting. Hoe dichter bij het midden van de bundel – ofwel hoe meer in lijn met de kant die we op dit moment op gaan – des te beter we ons een bepaalde toekomst kunnen voorstellen. Hier zou je ook het kwantitatieve toekomstonderzoek onder kunnen scharen, waar er gerekend wordt met modellen die vaak gebaseerd zijn op het heden en recente verleden. Die kunnen de nabije toekomst soms heel nauwkeurig voorspellen, maar ze kunnen niet goed overweg met onverwachte en vooral fundamentele veranderingen. Hoe verder van het midden, des te absurder een toekomstbeeld op ons overkomt. Alles buiten de bundel ligt in de duisternis van het ondenkbare. Dit betekent niet dat het volstrekt onmogelijk is, alleen dat we het ons op dit moment nog niet kunnen voorstellen. Maar, naarmate we verder lopen en een bepaalde richting inslaan, verandert de richting van ons blikveld en worden er ineens volledig nieuwe dingen denkbaar.

De bundel van de toekomstzaklamp verdeelt toekomstverwachtingen tussen ‘absurd’ (maar theoretisch mogelijk), ‘geloofwaardig’ (maar nog steeds speculatie) en ‘waarschijnlijk’ (op basis van zichtbare trends en historische patronen), de ‘gewenste’ toekomst hangt af van jouw eigen voorkeur en kan in elk van deze categorieën vallen

 

Terugspellen

Zoals ik in mijn eerdere artikel ‘Toekomstplanten‘ heb beschreven, heeft het beschrijven en framen van toekomstbeelden in science-fiction een invloedrijke en soms zelfs doorslaggevende uitwerking op het uiteindelijke verloop van de geschiedenis – denk bijvoorbeeld aan de boeken van Jules Verne. Je zou kunnen zeggen dat niet alleen het verleden, maar ook (ons beeld van) de toekomst invloed heeft op het verloop van het heden. Een potentiële toekomst kan zich niet alleen manifesteren op een fysieke plek, maar ook in gedachten, verwachtingen en ‘frames’ die zich verspreiden in het collectieve bewustzijn door middel van verhalen en beelden.

De korte science-fiction film ‘Trip to the Moon’ uit 1902 verbeeldde een menselijk bezoek aan de maan meer dan 60 jaar voordat dit daadwerkelijk voor het eerst in de geschiedenis plaatsvond

De toekomst voorspellen is daarom vaak een kwestie van het onderzoeken van fictieve toekomstbeelden en die vervolgens terugspellen (Engels: backcasting): welke stappen zouden er nodig zijn, op verschillende terreinen (maatschappelijk, ecologisch etc.), om vanuit het heden bij een speculatieve toekomstwereld uit te komen? Hiermee kan helder worden op welke terreinen het heden kan worden bijgestuurd om een dystopie te voorkomen, of juist om een gewenst toekomstbeeld te bewerkstelligen. Maar hoe weten nu we waar we wél naartoe willen?

Terugspellen is het bepalen van de tussenstappen die nodig zijn om tot een fictief toekomstbeeld te komen. Dit kan dit zowel een zijn die we willen bereiken (utopie), juist willen voorkomen (dystopie), of iets daar tussenin (ambitopie)

Het toekomstkompas

Het toekomstkompas is eigenlijk een grap. Als parodie op de het politieke kompas, presenteert het 4×4 scenario’s die van elkaar verschillen op twee assen. Waar het gewone politieke kompas de ligging van kiezers, politici en partijen in kaart brengt op de assen ‘autoritair – libertair’ en ‘links – rechts’, kunnen de assen op het toekomstkompas variëren. De uitersten van denkbare mogelijkheden krijgen daarmee een concrete invulling, zoals ‘harmonieus – chaotisch’ of ‘hoogtechnologisch – post-apocalyptisch’.

Hoewel de meeste toekomstkompassen niet meer om het lijf hebben dan als vermakelijke hobby voor nerds, is het toch interessant dat de meest waanzinnige en abstracte omschrijvingen gevat worden in een plaatje: een klein inkijkje dat toch een bepaald gevoel oproept. Op die manier kan het wel degelijk een serieuze methode zijn om de vraag te stellen wat voor toekomst we zouden willen en waarom. Hoe ziet de leefomgeving eruit? Wat voor boodschappen zendt zo’n maatschappij uit over zichzelf, mogelijk zonder dat de mensen die er in leven het zich bewust zijn? Hoe bewegen mensen zich door zo’n wereld? Door antwoorden op deze vragen te verbeelden ontstaan er beleefbare inkijkjes in deze mogelijke toekomsten.

Meme versies van het toekomstkompas zijn vaak niet meer dan een conceptenbrei met termen uit obscure science-fiction en vage filosofie, expres bedoeld om wenkbrauwen te doen fronzen

Toekomsten

De manier waarop we deze inkijkjes verbeelden wordt nooit volledig objectief. Wat ons aantrekt ofwel afstoot in toekomstbeelden heeft namelijk alles te maken met onze eigen innerlijke belevingswereld en psychologie. Wat is vrijheid, of veiligheid, voor jou persoonlijk? Wat drijft jou in de dingen die je doet of nastreeft? Hoezeer vertrouw je mensen, of systemen, en waarom en wanneer niet? En, als gevolg hiervan: welke ideeën over hoe de wereld er uit zou moeten zien vind je mooi, of afstotelijk? Heb je wel eens getwijfeld, of ben je wel eens van inzicht veranderd? Zodoende veranderen mogelijke toekomsten van abstracte beelden en science-fiction films in persoonlijke, innerlijke verlangens, angsten en ideeën die in het hier en nu om ons heen dansen en ons hoop en houvast geven, ofwel ons boos maken, of bang. Hoe kunnen we leren om boven deze emoties en invloeden te staan en reflecteren op wat ons in beweging zet, om vervolgens een meer bewuste keuze te maken?

De weg naar een mogelijke toekomst, met de zaklamp in onze hand, is een innerlijk pad over het politieke kompas.

In dit licht hoort het inbeelden en terugspellen van toekomstbeelden evenzeer thuis in de psychologie en spiritualiteit als op de tekentafels van professionele science-fiction auteurs, ontwerpers en futuristen. Het gaat ons allemaal aan. In feite zou je het toekomstkompas over de lichtkegel van de zaklamp kunnen leggen en elke beweging, naar boven of naar beneden, naar links of naar rechts, kunnen zien als een innerlijke reis richting de toekomst.

Een netwerk van dwarsverbindingen tussen verschillende hoofdstromen zou je kunnen vergelijken met de draden van een schimmel-mycelium netwerk, dat met elkaar communiceert en altijd weer samenkomt.

Hiermee wordt de toekomst een actief werkwoord, wat professor Maarten Hajer van de ‘Urban Futures Studio’ in Utrecht “toekomsten” noemt (in het Engels: “futuring”): het gezamenlijk en individueel in het leven roepen van toekomstbeelden. Hoe meer mensen dit actief doen, des te meer de toekomst open ligt. De weg banen we zelf.

De Spaanse dichter Antonio Machado (1875 – 1939) begreep dit al:

Reiziger,
er is geen weg
de weg maak je zelf, door te gaan.
Alles gaat voorbij en alles blijft,
maar het is aan ons om te gaan,
verder gaan en wegen banen,
wegen over de zee.